Vele imkers, vele meningen
Er zijn vele imkers en nog meer meningen. Er zijn ervaren imkers en de meer beginnende imkers. Als beginnend imker probeer je met al die meningen van de ervaren imkers in gedachten uiteindelijk ook zelf een mening te vormen en ontstaat er een eigen aanpak van imkeren.
Als je de imkerhandelingen voor het eerst moet verrichten, dan weet je soms niet goed welke aanpak je moet kiezen. Wanneer je welke handelingen je moet doen en in welk seizoen is ook nogal een issue. Dat alles begint na een aantal jaren langzaam op zijn plaats te vallen als je begint het bijenvolk te begrijpen en aan te voelen.
Een belangrijke periode voor de verzorging van de bijen is de winter. Ook dat kan op vele manieren gedaan worden.
Na de mierenzuurbehandeling in augustus en het afvoeren dat daarop volgt, stevenen de volken zo langzaam op de winter af. Alhoewel ik weet dat er imkers zijn die hun volken in één broedkamer overwinteren, doe ik het in twee. Natuurlijk moet het volk daar wel groot genoeg voor zijn. Aan de buitenkanten van beide broedkamers plaats ik een sluitraam. Zo voorkom ik dat deze ramen gaan beschimmelen door kou en vocht en dat zich daardoor misschien een ziekte verspreidt in het volk. Bovendien lijkt het me ook iets warmer voor de bijen.
Voor de vlieggaten van mijn volken plaats ik in oktober muizenroosters. Als het vlieggat groter is dan 8 mm, kan een muis het volk binnendringen. Een spitsmuis doet zich bijvoorbeeld te goed aan de bijen die aan de buitenkant van de wintertros zitten.
Je krijgt dan toestanden zoals op het plaatje hiernaast/hieronder. Alleen de
vleugeltjes, pootjes, achterlijven en uitgegeten borststukken blijven dan nog over. Het volk kan hierdoor erg gestrest raken. De bijen nemen daardoor meer voedsel op en kunnen dan diarree krijgen (bijv. roer). Het volk kan hieraan ten onder gaan.
Huis- en veldmuizen zijn geen insecteneters, maar zij kunnen zich wel in de kast nestelen en zich aan de wasraten en het stuifmeel te goed doen. Ze verstoren de winterzit van de bijen. Deze verlaten de tros en bezwijken aan de kou. Merk je in het voorjaar dat er een muis in je kast gewoond heeft, dan moet je deze goed schoonmaken met een 6% sodaoplossing (60 gram huishoudsoda in 1 liter water). Bijen houden namelijk niet van de stank van muizenuitwerpselen.
Vele vleugels, pootjes, borststukken en wasresten
op de schuiflade onder het volk.
Natuurlijk controleer ik in de winterperiode regelmatig de kasten aan de buitenkant
en kijk of alles in orde is. Als het een beetje mooi weer is (ca. 10-12°C) en de zon
schijnt, komen de bijen naar buiten en ontlasten zich. Je zult dan enig leven aan het
vlieggat zien.
Bijenvolken in de winter
Voordat in december of januari de varroa bestreden wordt in mijn volken, tel ik eerst
de mijtval op de varroalade. Dat doe ik door het gemiddelde van drie dagen te
berekenen. Afhankelijk van de uitkomst behandel ik de volken door oxaalzuur te
druppelen op de wintertros.
Oxaalzuur druppelen op de wintertros
Dat moet wel op het juiste tijdstip gebeuren. Het volkmoet zonder broed zijn, omdat oxaalzuur niet door de wasdeksels van de gesloten cellen kan doordringen. Als het drie dagen gevroren heeft, is de kans het grootst dat er na 21 dagen geen broed aanwezig is in het volk. Tijd om te druppelen! Natuurlijk mag het op dat moment niet vriezen dat het kraakt, want dan koelt het volk te veel af.
Hoe je een oxaalzuur behandeling moet geven staat heel uitvoerig beschreven in de te downloaden brochure ‘Effectieve bestrijding van varroa’ van de universiteit van Wageningen. Als iedereen de behandelingen zou opvolgen zoals het daar beschreven staat, zouden we wellicht minder sterfte onder de volken hebben dan nu het geval is.
De brochure effectieve bestrijding van Varroa
van Bijen@wur
Onderhoudswerkzaamheden
Om te beginnen zijn er de gebruikte lege kasten, oude raampjes, koninginnenroosters, etc. Deze moeten schoongemaakt worden en ontsmet. Eerst krab ik er de wasresten en andere onreinheden af. Daarna borstel ik alles schoon met sodawater 6% en spoel met schoon water na. Als alles droog is, haal ik er de vlam nog even over en zijn de materialen klaar voor gebruik. Het kan zijn dat de kasten nog een beschermende laag verf of olie nodig hebben.
Om het nieuwe bijenjaar goed voorbereid in te gaan, bereken ik hoeveel broedkamerramen en honingkamerramen ik voor mijn volken nodig heb. De gereinigde oude raampjes en nieuwe raampjes zet ik netjes bedraad klaar, opdat ik er alleen nog maar kunstraat in hoef te smelten op het moment dat ik ze gebruiken wil.
Het kan zijn dat je in het volgende jaar je bijenbestand wil uitbreiden. Dan is de winter dé tijd om eventuele kasten aan te schaffen of te maken, te verven of in de olie te zetten.
De winter duurt lang…
Al de bovengenoemde werkzaamheden zijn natuurlijk wel een keertje klaar en dan kun je bijna niet wachten tot je weer in het volk mag kijken. Het kan soms echt lang duren voordat die eerste warme dag zich aankondigt.
Verrijk, naast de voorbereiding voor het komende jaar, vooral je kennis. Er worden cursussen aangeboden, door bijvoorbeeld de NBV (www.bijenhouders.nl) of het Bijkersgilde (www.bijkersgilde.nl), over onderwerpen die je ongetwijfeld aanspreken en waarover je graag meer wilt weten. Een aanrader is de cursus Bijengezondheid.
Ik persoonlijk vind dat een heel belangrijk onderwerp, helemaal omdat iedere imker weleens met een bijenziekte in aanraking komt. Weet je daarover iets meer, dan kun je veel voorkomen en er op dat moment juist op inspelen. Zo kunnen we er met elkaar voor zorgen dat we met gezonde volken het nieuwe jaar in gaan.
Een eigen mening
Uiteindelijk zal alles wat je leert als kleine puzzelstukjes op zijn plaats vallen en vormt
jouw kennis één geheel. Je zult dan het bijenvolk beter kunnen begrijpen en
aanvoelen. Bij jou ontwikkelt zich nu, net als bij die ervaren imkers, zo
langzamerhand een eigen mening en werkwijze. Een mening en werkwijze die
natuurlijk altijd voor verandering en vooral verbetering vatbaar is.
Annet Künneke
Vele imkers, vele meningen
Er zijn vele imkers en nog meer meningen. Er zijn ervaren imkers en de meer beginnende imkers. Als beginnend imker probeer je met al die meningen van de ervaren imkers in gedachten uiteindelijk ook zelf een mening te vormen en ontstaat er een eigen aanpak van imkeren.
Als je de imkerhandelingen voor het eerst moet verrichten, dan weet je soms niet goed welke aanpak je moet kiezen. Wanneer je welke handelingen je moet doen en in welk seizoen is ook nogal een issue. Dat alles begint na een aantal jaren langzaam op zijn plaats te vallen als je begint het bijenvolk te begrijpen en aan te voelen.
Een belangrijke periode voor de verzorging van de bijen is de winter. Ook dat kan op vele manieren gedaan worden.
Na de mierenzuurbehandeling in augustus en het afvoeren dat daarop volgt, stevenen de volken zo langzaam op de winter af. Alhoewel ik weet dat er imkers zijn die hun volken in één broedkamer overwinteren, doe ik het in twee. Natuurlijk moet het volk daar wel groot genoeg voor zijn. Aan de buitenkanten van beide broedkamers plaats ik een sluitraam. Zo voorkom ik dat deze ramen gaan beschimmelen door kou en vocht en dat zich daardoor misschien een ziekte verspreidt in het volk. Bovendien lijkt het me ook iets warmer voor de bijen.
Voor de vlieggaten van mijn volken plaats ik in oktober muizenroosters. Als het vlieggat groter is dan 8 mm, kan een muis het volk binnendringen. Een spitsmuis doet zich bijvoorbeeld te goed aan de bijen die aan de buitenkant van de wintertros zitten.
Je krijgt dan toestanden zoals op het plaatje hiernaast/hieronder. Alleen de
vleugeltjes, pootjes, achterlijven en uitgegeten borststukken blijven dan nog over. Het volk kan hierdoor erg gestrest raken. De bijen nemen daardoor meer voedsel op en kunnen dan diarree krijgen (bijv. roer). Het volk kan hieraan ten onder gaan.
Huis- en veldmuizen zijn geen insecteneters, maar zij kunnen zich wel in de kast nestelen en zich aan de wasraten en het stuifmeel te goed doen. Ze verstoren de winterzit van de bijen. Deze verlaten de tros en bezwijken aan de kou. Merk je in het voorjaar dat er een muis in je kast gewoond heeft, dan moet je deze goed schoonmaken met een 6% sodaoplossing (60 gram huishoudsoda in 1 liter water). Bijen houden namelijk niet van de stank van muizenuitwerpselen.
Vele vleugels, pootjes, borststukken en wasresten
op de schuiflade onder het volk.
Natuurlijk controleer ik in de winterperiode regelmatig de kasten aan de buitenkant
en kijk of alles in orde is. Als het een beetje mooi weer is (ca. 10-12°C) en de zon
schijnt, komen de bijen naar buiten en ontlasten zich. Je zult dan enig leven aan het
vlieggat zien.
Bijenvolken in de winter
Voordat in december of januari de varroa bestreden wordt in mijn volken, tel ik eerst
de mijtval op de varroalade. Dat doe ik door het gemiddelde van drie dagen te
berekenen. Afhankelijk van de uitkomst behandel ik de volken door oxaalzuur te
druppelen op de wintertros.
Oxaalzuur druppelen op de wintertros
Dat moet wel op het juiste tijdstip gebeuren. Het volkmoet zonder broed zijn, omdat oxaalzuur niet door de wasdeksels van de gesloten cellen kan doordringen. Als het drie dagen gevroren heeft, is de kans het grootst dat er na 21 dagen geen broed aanwezig is in het volk. Tijd om te druppelen! Natuurlijk mag het op dat moment niet vriezen dat het kraakt, want dan koelt het volk te veel af.
Hoe je een oxaalzuur behandeling moet geven staat heel uitvoerig beschreven in de te downloaden brochure ‘Effectieve bestrijding van varroa’ van de universiteit van Wageningen. Als iedereen de behandelingen zou opvolgen zoals het daar beschreven staat, zouden we wellicht minder sterfte onder de volken hebben dan nu het geval is.
De brochure effectieve bestrijding van Varroa
van Bijen@wur
Onderhoudswerkzaamheden
Om te beginnen zijn er de gebruikte lege kasten, oude raampjes, koninginnenroosters, etc. Deze moeten schoongemaakt worden en ontsmet. Eerst krab ik er de wasresten en andere onreinheden af. Daarna borstel ik alles schoon met sodawater 6% en spoel met schoon water na. Als alles droog is, haal ik er de vlam nog even over en zijn de materialen klaar voor gebruik. Het kan zijn dat de kasten nog een beschermende laag verf of olie nodig hebben.
Om het nieuwe bijenjaar goed voorbereid in te gaan, bereken ik hoeveel broedkamerramen en honingkamerramen ik voor mijn volken nodig heb. De gereinigde oude raampjes en nieuwe raampjes zet ik netjes bedraad klaar, opdat ik er alleen nog maar kunstraat in hoef te smelten op het moment dat ik ze gebruiken wil.
Het kan zijn dat je in het volgende jaar je bijenbestand wil uitbreiden. Dan is de winter dé tijd om eventuele kasten aan te schaffen of te maken, te verven of in de olie te zetten.
De winter duurt lang…
Al de bovengenoemde werkzaamheden zijn natuurlijk wel een keertje klaar en dan kun je bijna niet wachten tot je weer in het volk mag kijken. Het kan soms echt lang duren voordat die eerste warme dag zich aankondigt.
Verrijk, naast de voorbereiding voor het komende jaar, vooral je kennis. Er worden cursussen aangeboden, door bijvoorbeeld de NBV (www.bijenhouders.nl) of het Bijkersgilde (www.bijkersgilde.nl), over onderwerpen die je ongetwijfeld aanspreken en waarover je graag meer wilt weten. Een aanrader is de cursus Bijengezondheid.
Ik persoonlijk vind dat een heel belangrijk onderwerp, helemaal omdat iedere imker weleens met een bijenziekte in aanraking komt. Weet je daarover iets meer, dan kun je veel voorkomen en er op dat moment juist op inspelen. Zo kunnen we er met elkaar voor zorgen dat we met gezonde volken het nieuwe jaar in gaan.
Een eigen mening
Uiteindelijk zal alles wat je leert als kleine puzzelstukjes op zijn plaats vallen en vormt
jouw kennis één geheel. Je zult dan het bijenvolk beter kunnen begrijpen en
aanvoelen. Bij jou ontwikkelt zich nu, net als bij die ervaren imkers, zo
langzamerhand een eigen mening en werkwijze. Een mening en werkwijze die
natuurlijk altijd voor verandering en vooral verbetering vatbaar is.
Annet Künneke
Dit delen: